Kenmerkend voor Samen Opleiden is de hechte samenwerking met basisscholen in de regio. Deze samenwerking maakt het mogelijk dat een groot deel (minimaal 40%) van de opleiding in de basisschool plaats vindt, de zogenaamde opleidingsschool. Deze scholen zijn door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap erkend als opleidingsschool.
Rollen binnen Samen Opleiden
De student
De student:
ondersteunt de visie dat leren wordt gezien als een actief en constructief proces;
wil kennis delen, brengt eigen kwaliteiten in en draagt daarmee bij tot samenwerkend leren;
ontwikkelt zich naar doelgericht werken en plannen;
reflecteert het eigen handelen met als doel bevordering van de zelfsturing;
neemt deel aan intervisiebijeenkomsten op de opleidingsschool;
observeren van medestudenten bij bezoek opleider en formuleert eigen leervragen en stageopdrachten;
neemt het geformuleerde persoonlijk ontwikkelingsplan mee naar de volgende groep;
neemt deel aan gezamenlijke ontwerpateliers en evaluatiebijeenkomsten;
maakt deel uit van het schoolteam en handelt naar de schoolspecifieke afspraken;
maakt mogelijk deel uit van kennisnetwerk Lerende Leraren.
De lerarenopleider
De lerarenopleider
ondersteunt de visie dat leren wordt gezien als een actief en constructief proces;
volgt ter inductie de scholing voor lerarenopleiders gebaseerd op de beroepsstandaard van Velon en streeft naar opnamen in het beroepsregister voor lerarenopleiders, BRLO;
neemt 6 x per jaar deel aan de opleidersdagen en is daar o.a. medeontwikkelaar van het curriculum;
stemt met de student wederzijdse verwachtingen af (schoolspecifiek);
lesbezoeken bij eerste-, tweedejaars en derdejaars studenten per stagegroep 2 keer, dus 6 keer per jaar met extra aandacht voor zorgstudenten;
begeleidingsgesprekken met alle studenten;
het organiseren en beoordelen bij beoordelend bezoek;
het organiseren en begeleiden van intervisie;
begeleiden van studenten tijdens het samenwerkend leren buiten de groep;
begeleiden van werkplekspecifieke competenties binnen schoolontwikkelingsthema’s;
het organiseren van: lesbezoeken, ruimte voor ontwerpateliers, werkplekken voor de studenten;
inpraten, begeleiding en deskundigheidsbevordering mentoren;
organiseren en voeren van panelgesprekken met mentoren in het kader van kwaliteitsontwikkeling;
mede vormgeven en deelnemen aan de opleidersdagen);
ontwerpateliers voor alle studenten in overleg tussen schoolopleider(s) en instituutsopleider;
communiceren met de verschillende geledingen binnen de basisschool;
organiseren driehoeksoverleg opleiders en directie (minimaal 2x per jaar)
ondersteunen nieuwe opleiders (maatjes);
maakt deel uit van kennisnetwerk Lerende Leraren.
De mentor
De mentor begeleidt de studenten in de klas. De schoolopleider koppelt studenten aan een mentor waarvan de student op dat moment van zijn studieloopbaan veel kan leren. Zo wordt (binnen de mogelijkheden van de school) zoveel mogelijk aangesloten bij de individuele wensen en leervragen van de student. Om de begeleiding goed af te stemmen, voert de mentor regelmatig gesprekken met de school- en instituutsopleider. Zij bespreken begeleidingsaspecten, beoordelingscriteria en de specifieke leerbehoeften van de betreffende student.
De mentor:
ondersteunt de visie dat leren wordt gezien als een actief en constructief proces;
introduceert de groep en de individuele leerlingen aan de studenten;
geeft tips/ideeën en lessuggesties/voorbeeldlessen;
ondersteunt de student bij het werken aan het persoonlijk ontwikkelingsplan in de stagegroep;
kan gastmentor zijn tijdens een ontwerpatelier;
neemt deel aan begeleidingsbijeenkomsten en deskundigheidsbevordering georganiseerd door de schoolopleider;
is betrokken bij de evaluatie van de student
maakt mogelijk deel uit van kennisnetwerk Lerende Leraren.
De schoolleiding
De schoolleiding heeft een belangrijke rol bij de inbedding van de opleidingsverantwoordelijkheid in de schoolcultuur en organisatie Deze uitspraak van een schoolleider illustreert dit: “Ik wil dat iedereen op school bijdraagt aan de ontwikkeling van ons onderwijs en daar stuur ik op.” Op basis van dit standpunt wordt in deze school teambreed vastgesteld hoe en waarom activiteiten gepland worden op dagen dat ook de studenten op school zijn. Opleiders en schoolleider(s) ontmoeten elkaar met regelmaat informeel maar bespreken daarnaast twee keer per jaar formeel, in een zogenoemd driehoeksoverleg wat de ervaringen, verwachtingen en opbrengsten zijn van de samenwerking .
De schoolleiding:
ondersteunt de visie dat leren wordt gezien als een actief en constructief proces;
is betrokken en vertelt over zijn functie bij de ontvangst van de studenten bij de opening van het schooljaar;
volgt en evalueert de ontwikkelingen als opleidingsschool middels een driehoeksoverleg tussen schoolopleider, instituutsopleider en directie;
volgt en evalueert de ontwikkelingen als opleidingsschool middels een of twee gesprekken per jaar met de studenten;
is eerste verantwoordelijke in personele zorg en visiebewaking binnen de eigen school (denk aan schoolplan, scholing, coaching);
neemt twee keer per jaar deel aan de opleidersdagen;
regelt vervanging bij ziekte schoolopleider;
draagt zorg voor een schaduw-schoolopleider;
voert samen met de schoolopleider panelgesprekken met de mentoren in het kader van kwaliteitsontwikkeling;
maakt deel uit van kennisnetwerk Lerende Leraren.
Samenwerking met contactpersonen
Stageplaatsing De stageadministratie verzorgt in nauwe samenwerking met de contactpersonen Samen Opleiden van de diverse schoolbesturen en het ROC (OA) de stageplaatsing voor alle studenten. Alle studenten lopen stage bij een opleidingsschool. De studenten leren gedurende hun studieloopbaan 40% op de opleidingsschool. Dit werkplekleren vindt plaats op de donderdag en/of vrijdag.